‘Vierdekerst’

16 dec

Het is altijd buffelen, zo tegen een uitvoering aan. ‘Vierdekerst’, zoals bij ons koor traditie, nadert met rasse schreden.

De afgelopen maanden hebben we van het laatste stuk – meerstemmig – woordeloos de zang gerepeteerd.
Deze week kwam eindelijk de tekst.
Onze dirigent moest en zou die schrijven.
,,Ik loop lang genoeg mee in het vak,” zei hij.

In het begeleidend briefje vertelt hij dat hij, zoals waarschijnlijk velen van ons, naar de Kerstmarkt is geweest.
Dat hij in de boekhandel bij de ijsbaan een jaarkalender kocht en dat zijn oog viel op een doosje magneetwoordjes. Op de binnenkant stond dat dat door een Amerikaanse liedjesschrijver was bedacht.

‘Ik vond het spannend: zonder al te veel voorzetsels toch tot iets zinnigs komen. En is het niet verbaal dan toch muzikaal,’ schrijft hij.
‘We hebben niet veel tijd meer. Oefen zo veel mogelijk, let goed op de aanwijzingen, dan kunnen we woensdagavond direct aan de slag.’

‘jouw kat zijn maanpak is oranje
zwemmen kan hij maar dan in verdriet
hij wil ver
de lucht in
(‘let op: niet kijken!’)

zweven
(‘niet te zwaar’)
scheuren
(‘tellen! na acht maten abrupt inhouden’)
ver naar boven
(‘niet kijken!’)

het is prachtig

hij huilt’
(‘niet doen’)

 

Plaats een reactie