Geen familie: ‘We moeten in de leer’

5 jan

Dat we geen familie van de familie van Mario’s broer zijn, wisten we. Tijdens het diner vroegen mijn ex-schoonzuster Els Stam en ik herhaaldelijk naar namen of deden we alsof we wisten wie we voor ons hadden.

We hebben ons voorgenomen dat laatste nooit meer te doen: de schijn ophouden.

Dat we geen familie van de familie van Mario’s broer zijn, wordt helemaal duidelijk als we niet weten wat we met de spontaniteit van de broers, zussen, zwagers, schoonzussen, ooms, tantes, schoonouders, neven en nichten en schoonzonen aanmoeten.
Een van hen had het idee van een vriend overgenomen, vertelde hij, en schreef een hoorspel.

Hilarisch vinden de familieleden het, stuk voor stuk: de wijzen uit Friesland, Overijssel – of Drenthe – en Zuid-Limburg, met hun knechten Kees, Kees en Kees vangen hun reis aan.
Er is er zelfs een die de rol van geit krijgt toebedeeld, maar laat weten dat ze dolgraag koe wil zijn.
Zij krijgt, tot haar grote vreugde, een dubbelrol.

Els en ik worden toegevoegd aan ‘de zes tantes’.
Terwijl zij-van-de-familie even te voren nog zitten te gieren om de anderen, beginnen ze met het grootste gemak aan hun tekst.
Wij houden het met geen mogelijkheid bij.

‘De hangjongeren’ draaien met eenzelfde gemak hun niet eerder geziene rap af.

,,Ik hoop dat u het leuk vond,’’ zegt de gastvrouw bij het afscheid.

We hebben heerlijk gegeten.

Dit zeggen we niet: om werkelijk met deze mensen in contact te komen, moeten we op een of andere manier in de leer.

Plaats een reactie